Dag uit de dood van verdomde Lowietje, Een
Nichols, Peter
Catalogus nummer: 1794
Aantal dames: 4
Aantal heren: 2
Genre: toneelspelen
avondvullend
Guus en Riekje hebben een elfjarig dochtertje dat debiel is en aan toevallen lijdt. Zij is hun enig kind. Hun huwelijk zou men overigens wel geslaagd kunnen noemen; ze houden veel van elkaar en voelen zich sexueel sterk tot elkaar aangetrokken. Riekje heeft vóór haar huwelijk nogal wild geleefd, maar ze heeft er Guus alles van verteld en hij is de enige man die haar het geluk van de liefde gegeven heeft. Dit heeft hen tot nu toe bij elkaar gehouden ondanks de ellende om het kind. Voor Riekje komt er het schuldgevoel bij: zij denkt dat de toestand van de kleine Wiesje een gevolg is van de vroegere uitspat-tingen van haar moeder. Toch weet Riekje haar verdriet beter te dragen dan Guus; zij put uit haar warme liefde voor alles wat leeft de kracht om haar lot te aanvaarden. Guus is een zenuwpatiĆ«nt aan het worden - als leraar een omnogelijk mens, die zijn leerlingen als zijn natuurlijke vijanden beschouwt. Hij bedenkt voortdurend kwaadaardige grapjes. "Om de aandacht te trekken", zegt Riekje op een ogenblik dat ze heel boos op hem is. "Hij vindt zichzelf zo zielig, maar omdat hij, op zijn leeftijd, moeilijk kan gaan zitten grienen, heeft hij er dit op verzonnen." Het is niet helemaal waar, al is het wel zo, dat zijn galgehumor een wapen tegen de wanhoop is voor Guus. Als kind te veel vertroeteld door zijn moeder, is hij een uiterst kwetsbaar mens geworden en tenslotte kan hij de kracht niet meer opbrengen zijn kruis te dragen en werpt het af. Na een mislukte poging zijn kind te doden, laat hij zijn gezin in de steek ...Karakters:Guus: intelligent, begaafd en niet onsympathiek. Wij mogen geen oordeel over hem vellen.Riekje warm-menselijk, spontaan en eerlijk. Ze heeft te gemakkelijk lief, daardoor wordt haar gevoel versnipperd.Wiesje: De schrijver laat haar ons heel even zien zoals ze had kunnen zijn: een mooi, gezond, touwtje springend kind. Maar verder zien we haar slechts als een stumperdje in een rolstoel, dat alleen maar "aaah" zegt en toevallen heeft.Suze, de moeder van Guus: een bekrompen, eenzame vrouw, die zich zwaar te kort gedaan voelt nu ze oud wordt. Ze heeft geen geestelijke reserves gekweekt; ze zit zich in haar eentje thuis te vervelen en ze gunt Riekje Guus niet.Freddy: een man die met Guus op school gezeten heeft. Hij is haarscherp getekend als de goedhartige, behulpzame vriend.... die zelf geniet van zijn eigen voortreffelijkheid.Karin: zijn vrouw. Een oppervlakkige burgerjuffrouw die haar gezin liefheeft omdat het van háár is - verder reikt haar liefde niet. Ze bewondert haar man wel, maar ze vindt dat hij te ver gaat in zijn menslievendheid. (Dat vinden wij ook, maar op een andere manier.)Opmerkingen:Is dit eigenlijk wel een toneelstuk? Het spot met de goede, oude toneelwet die ons een "vierde wand" oplegt. Want alle spelers spreken op hun beurt het publiek toe. En dit zijn geen monologen want daarin spreekt men tot zichzelf. Nee, ze hebben het wel degelijk tegen ons. Maar dat wil niet zeggen dat het stuk geen "toneel" zou zijn! Daarvoor zijn de dialogen te knap opgebouwd, de karakters te goed getekend. Het is zelfs zeer sterk toneel. Niemand kan dit zien zonder er door gegrepen te worden. Juist omdat het deze vorm heeft gekregen voelen wij er ons onontkoombaar bij betrokken.nva
NAAR MIJN ZICHTZENDING>